Hoe importeer ik artikeldata in PIM via Excel?

Gemaakt door NextChapter Support, Gewijzigd op Di, 27 Feb om 3:21 PM op NextChapter Support

Over dit artikel

Dit artikel biedt een diepgaande uitleg over het gebruik van PIM Imports binnen het NextChapter Platform. Het behandelt in detail de verschillende tabbladen en functionaliteiten van PIM Imports.

Introductie

Dit artikel verkent de functionaliteiten van PIM Imports binnen het NextChapter Platform. PIM (Product Information Management) Imports bieden de mogelijkheid om productgegevens en informatie te importeren volgens specifieke criteria en formaten.

Tabbladen in PIM Imports

1. Algemeen

  • Naam: De naam die wordt gebruikt in PIM wanneer je in het Imports-tabblad bent.
  • Code: Een unieke code voor de import om duplicatie met dezelfde code te voorkomen.
  • Actief: Geeft aan of een import actief is of niet. Dit is handig voor imports met timing die tijdelijk inactief moeten zijn.
  • Uitvoeren als: Opties zijn 'Systeemaccount' of 'Standaard'. Kies hier 'Systeemaccount'. Als je geen Systeemaccount hebt, neem dan contact op met NextChapter. Een Systeem Account is een account in beheer van NextChapter dat bredere toegang heeft tot alle velden van PIM, waar gebruikersaccount soms geen toegang tot hebben. Dat zorgt ervoor dat het altijd toegang heeft tot alle velden. 
  • Opslagtype:
    • FTP: Ophalen vanaf FTP.
    • sFTP: Ophalen vanaf SFTP  .
    • Web: Ophalen vanuit een web-URL.
    • Bestand: Direct uploaden vanaf je computer.
  • Taakplanning: Als een import regelmatig moet worden uitgevoerd, kan dit hier worden beheerd. Bijvoorbeeld dagelijks om 22:30 uur.
  • In het geval van FTP en SFTP, zie je 'Bron'. Dit is de locatie van de FTP, meestal zoiets als:
    ftp://host/map/bestandsnaam.extensie
    Bijvoorbeeld, een SFTP-server met host 1234 in de 'Data'-map met een XLSX-bestand genaamd 'Producten' dat je wilt importeren, zou zijn:
    sftp://1234/Data/Producten.xlsx
  • Dataformaat:
    • XLSX: Excel-bestand.
    • CSV: CSV-bestand.
    • XML: XML-bestand.

In dit geval richten we ons op Excel.

In het geval van FTP en SFTP zie je ook de gebruikersnaam en het wachtwoord voor je SFTP/FTP. Deze moeten hier worden ingevuld.

Uitvoeren: Je kunt dit aanvinken wanneer alles gereed is en vervolgens opslaan en doorgaan. Je kunt het bestand ook selecteren vanaf je computer. Let op dat de andere tabbladen eerst moeten worden ingevuld.


2. Definitie

In de eerste twee selectievakjes kun je kiezen of dit bestand producten toevoegt, bijwerkt of beide doet. Dit is handig als je wilt zorgen dat je alleen producten toevoegt wanneer je dat wilt, of alleen bijwerkt wanneer dat nodig is. De overige selectievakjes worden in uitzonderlijke gevallen gebruikt en worden meestal beheerd door NextChapter.

Eerst zie je Productvelden. Deze omvatten alle velden die je normaal ziet wanneer je in het producttabblad in PIM bent. Dit omvat alles van de tabbladen 'Algemeen' en 'Eigenschappen' voor een product. (Tip: Voer eerst een export uit. Hierdoor kun je zien waar alles zich bevindt en de definitie invullen. Zelfs als je alleen nieuwe producten toevoegt, is dit een goed voorbeeld van hoe het Excel-blad eruit moet zien.)


Begin met 'Blad' en 'Groeperen op'. 'Blad' is de naam van het blad. NextChapter exporteert altijd 'Product' hier, dus het is handig om je werkblad voor productvelden ook 'Product' of 'Blad 1' te noemen. 'Groeperen op' verwijst naar Kolom A in het bestand en helpt bij de import om de waarde van het product te identificeren. Dit is belangrijk om later varianten aan producten te koppelen. In dit geval is het het beste om een unieke waarde te maken zoals 'ID'. Neem deze waarde ook op in de definitie als een toe te voegen waarde.


Voeg vervolgens elke waarde toe zoals ze voorkomen in rij 1 van het Excel-blad. Dit is hoofdlettergevoelig. Voor meervoudige eigenschappen kun je 'Komma Gescheiden' kiezen als parser. Je kunt ook 'Negeer lege waardes' aanvinken als een waarde leeg kan zijn in Excel, maar deze niet mag overschrijven met een lege waarde in PIM.


Voor varianten doe je hetzelfde op een ander werkblad in je Excel, dus noem het blad 'Variant' of 'Blad 2', en geef dit aan in de definitie. Groepeer het op dezelfde 'ID' als in het productblad. Als je meerdere varianten per product hebt, komt een 'ID' dus vaker voor op het variantblad dan op het productblad. Let op: elk 'ID' moet voorkomen op zowel het productblad als het variantblad. Controleer dit goed; anders zal de import niet werken.


4. Parser

Als je gevallen hebt waarin je een 'Komma Gescheiden' parser gebruikt, kun je hier het scheidingsteken voor de import opgeven, zoals een komma of puntkomma.


5. Mapping

Voor validatie gebruik je het 'ID' dat je hebt gemaakt in de definitie als 'Gegroepeerd op' bij het product. Koppel dit aan de externe ID of de andere term die NextChapter gebruikt voor je unieke productwaarde.

Voor varianten gebruik je je unieke variantwaarde (vaak EAN of artikelnummer) in het gedeelte voor varianten. Zorg ervoor dat dit lijkt op EAN = EAN.

Je kunt alle definitievelden koppelen aan wat je eerder hebt ingevuld. De kolomnaam hoeft niet per se overeen te komen met de veldnaam in PIM, dus je prijskolom kan worden gekoppeld aan de naam die je hebt opgegeven in de definitie.


6. Geschiedenis

Hier kun je zien wanneer de import is uitgevoerd en eventuele relevante details over wat er is gedaan, inclusief updates en eventuele fouten.


Wat kan ik controleren als er een fout in mijn import zit?

  • Zorg ervoor dat elk 'ID' dat wordt gebruikt voor groepering minstens één keer voorkomt op beide bladen.
  • Spaties in Excel kunnen ervoor zorgen dat definities niet correct worden gelezen. Als bijvoorbeeld "Prijs " is gedefinieerd terwijl "Prijs" in het bestand staat, wordt dit niet herkend.
  • Het is mogelijk dat er per ongeluk gegevens zijn geselecteerd in PIM tijdens het werken, waardoor lege gegevens worden gelezen. PIM kan hier niet goed mee omgaan, dus probeer altijd de lege gegevens te verwijderen nadat het bestand gereed is. Selecteer alle lege cellen, klik op de gum in Excel en klik op 'Alles wissen'.
  • Test altijd je import met een aantal producten. Begin met een enkel product, ga dan naar vijf producten, tien producten, vijftig producten en vervolgens alles. Dit lijkt wellicht tijdrovend, maar is uiteindelijk sneller dan het herstellen van eventuele foutjes. Een controle vooraf is altijd aan te raden.

Stappenplan:

  • Geef aan welk bestand je importeert in het Algemeen-tabblad en waar het vandaan komt.
  • Geef in de definitie aan hoe de kolomnamen heten in Excel die worden geïmporteerd, en of de waarden nog genegeerd of geparseerd moeten worden.
  • Geef in de parser nog aan met welk teken waarden gescheiden worden.
  • Vul de validatie nauwkeurig in en geef aan waar de kolomnamen in Excel aan gemapt worden.
  • Voer de import in stappen uit.

PIM is zeer robuust om fouten te voorkomen. Dit betekent ook dat de import zeer nauwkeurig moet worden gemaakt. Let dus goed op al deze stappen en controleer ze zorgvuldig nadat je de import hebt gemaakt. Als je import na enkele minuten nog niet is voltooid, voer de handeling dan niet opnieuw uit, maar bekijk waar de fout kan liggen. Als je weet dat je een groot bestand importeert, controleer dan na ongeveer een uur of alles goed is verlopen.

In de geschiedenis kun je ook zien dat er 'Klaar op' staat met een datum en tijd. Als dit wordt weergegeven als '01-01-0001 00:00:00', dan zal de import niet helemaal goed zijn verlopen en kun je bovenstaande punten nalopen en het importbestand verbeteren.


Was dit artikel nuttig?

Dat is fantastisch!

Hartelijk dank voor uw beoordeling

Sorry dat we u niet konden helpen

Hartelijk dank voor uw beoordeling

Laat ons weten hoe we dit artikel kunnen verbeteren!

Selecteer tenminste een van de redenen

Feedback verzonden

We stellen uw moeite op prijs en zullen proberen het artikel te verbeteren